Berichten

Dit was de Rotterdam Marathon 2019

7 April 2019 stond al maanden rood omcirkeld in de agenda. Daar ging ik eens kijken was erin zou zitten. Qua tijd mikte ik op 3u10. Zondag leerde ik dat falen en succes niet tegengesteld zijn aan elkaar. Ze liggen eerder in elkaars verlengde.

Iedere wedstrijd heeft zijn eigen verhaal

Zeker bij de marathon. Je hebt dan namelijk tijd genoeg om in gedachten te zijn met jezelf. De ene keer, zoals in New York, voelde het alsof ik vloog. Het kostte me geen moeite. Zondag kreeg ik het niet voor niks.

In trainingen ging het meestal goed. Hoewel het tempo voor 3u10 nooit echt comfortabel voelde, kon ik de trainingen wel uitvoeren. 2 Weken geleden liep ik nog een dik PR op de 10 en 20 kilometer tijdens de 20 van Alphen. Aan vertrouwen geen gebrek.

Tot ik vrijdag, twee dagen voor de marathon ineens wakker werd met een schrale keel. Het zou toch niet…? Jawel, verkouden, en zaterdag werd het nog een tandje erger.
Tja, wat kun je dan nog doen? Niet veel. Goed voorbereiden en hopen dat het zondag over is.

Zondag stapte ik fris mijn bed uit. Ik had er zin in. Ik had goed geslapen. En mijn verkoudheid was minder. Zou het dan toch…?

Ik had een plan. Starten met de pacers op 3u10 en na vijf kilometer checken of de hartslag oké was. Zou die boven de 154 liggen (mijn normale marathonhartslag), dan zou ik vertragen. In het ergste geval zou ik 3u20 lopen, dacht ik.

Na het inleveren van de bagage, wat me 30 minuten kostte vanwege miscommunicatie over doorzichtige tasjes, moest ik vaart maken richting startvak. De warming-up werd uitgevoerd onder lichte tijdsdruk. Achteraan in de eerste startwave stond ik ver weg van de pacers. Plan mislukt.

Plan aanpassen

Dan maar rustig naar voren lopen in de eerste kilometers om bij die groep aan te sluiten. Lee Towers zong “you never walk alone”, en het startschot klonk. Direct omhoog over de Erasmusbrug. Rijen dik stond het, fantastisch! Naar voren lopen lukte niet vanwege de drukte. Maar ik liep lekker, dus dat kon later nog.

Het zonnetje scheen erop los. Lekker in het startvak of langs de kant, ik had er meteen last van. Bij 5 kilometer checkte ik mijn hartslag en werd mijn vermoeden bevestigd. 162 Slagen per minuut in plaats van de gebruikelijke 150. Ik pastte mijn plan aan en liet het tempo iets zakken.

Links en rechts werd ik ingehaald, maar liep wel prettiger. Na tien kilometer werd in bijgehaald door de eerste pacers van 3u20. Die liepen vanaf het begin al 100 meter achter mij. Ik sloot aan bij die groep, zodat ik me niet druk hoefde te maken over het tempo. Nog maar 32 km…..

Bij kilometer 15 draaiden we de Slinge op. Wat een mensen langs de kant! Dat geeft een boost. Toen een rondje om Ahoy en waren we alweer halverwege. Dit hele stuk heb ik in een runners high gelopen. Een soort roes. Fijn.

Op naar de Erasmusbrug. “Da’s best een lang stuk”, vond ik. En tegen de tijd dat we bij 25 kilometer waren was het storm in mijn hoofd. Bullshit radio stond vol aan. We waren pas net over de helft en ik dacht eraan om te stoppen. Ik had het zwaar. Een blik op mijn horloge bevestigde mijn angstige vermoeden. Weer een hartslag van 160.

Er moest iets gebeuren, want dit ging ik niet nog 18 kilometer volhouden. Dus liet ik de groep lopen en pastte voor de tweede keer mijn plan aan. Tempo weer naar beneden.

Dat was net op tijd, want het mooiste stuk van de marathon kwam eraan, de Erasmusbrug. Die muur van geluid als je bij het Nieuwe Luxor de bocht om loopt. Dat langzaam stijgen als je de brug op loopt en die mensenmassa die je opwacht als je naar beneden dendert. Heerlijk!

Mijn vrouw stond samen met familie aan de linkerkant te gillen en te zwaaien. Ik zwaaide terug en liep door. Dat was al een overwinning op zich.

Rondje Kralingse bos

Onder de Westblaak door en op naar 30 kilometer, waarvan ik altijd zeg dat daar de marathon pas begint….. Aan de andere kant van de weg kwamen lopers ons tegemoet die aan de laatste kilometers bezig waren. Het zou nog minstens een uur duren voordat ik daar zou zijn.

Ondertussen liep ik wel weer lekker. Tijd had ik volledig losgelaten. Braaf liep ik op hartslag. En dat voelde ontspannen. Rondom de Kralingse plas liep je tot 34 kilometer in de schaduw. Ik had het weer naar mijn zin.

Met een scheef oog had ik naar de tijd gekeken. 3u30 zat erin en dat is een magische grens die ik wil doorbreken. Vanaf 35 kilometer ging ik dus weer in de race modus en liet ik de hartslag weer wat oplopen. Nog ruim zeven kilometer te gaan.

Om me heen hadden mensen het zwaar. Er werd veel gewandeld. We liepen ook vol in de zon. Gelukkig had ik een plan, 3u30, wat me op de been hield. Dus wat je ook doet, zorg dat je een plan hebt.

Het stuk tussen 38 en 40 kilometer leek eindeloos te duren. De gedachten aan hoe lang het nog zou duren zette ik resoluut uit mijn hoofd. “Nog ‘maar’ 25 minuten” helpt niet als je al helemaal naar de getver bent. Gewoon blijven lopen, zo goed mogelijk de ene voet voor de andere zetten. Pasfrequentie hoog houden. Dat hielp wel.

Op 41 kilometer stond mijn vrouw weer te juichen. Weer die opleving. Met nog een kilometer te gaan was ik nog vijf minuten verwijderd van mijn doel. Twee jaar geleden heb ik niets meegekregen van de laatste zeven kilometer. Toen zag ik alleen asfalt. Nu keek ik vooruit en nam ik alles in me op.

De laatste 500 meter, de Coolsingel. Kippenvel, zo gaaf! Ik ging het halen. Blijven gaan!

3:30.15

Eindelijk die 3u30 gehaald. Zes minuten van mijn PR gehaald.|
Ja liever had ik er nog 16 seconden vanaf gesnoept. Maar ik zou niet weten waar.
Ik heb het maximale gegeven.
En daar gaat het om.

Dit geweldige gevoel kun jij ook ervaren. Althans als jij je aanmeld voor het Run Your Life webinar.

Tijdens het webinar vertel ik je meer over het volgende:

  • 3 Redenen waarom hardlopers geen resultaat bereiken, en hoe je dat omdraait.
  • Hoe je in maximaal 4 uur trainen een marathon loopt, waardoor je tijd overhoudt voor wat écht belangrijk is. Ik leer je effectief trainen. Dit principe werkt op elke afstand.
  • Wat de basis is voor een gezonde leefstijl? Zonder daarvoor allerlei exotische producten in huis te halen.
  • De #1 techniek om stress te laten verdwijnen (belachelijk eenvoudig).
  • Waarom 80% van de hardlopers geblesseerd raakt. Dat overkomt jou dus niet.

Ben jij er live bij op dinsdag 16 april om 20:00 uur?

Schrijf je hier in.

Groeten, Jeroen

Minder stress, super motivatie, beter trainen met de 80/20 regel

Vandaag deel 3 van deze serie hardlopen op vakantie, do’s and dont’s.
Momenteel ben ik op vakantie, in Italië.

Veel hardlopers vragen zich af hoe ze een trainingsschema moeten blijven volgen terwijl ze op vakantie zijn.

Dat is inderdaad wel eens lastig. Maar.. als jij in het najaar een wedstrijd gepland hebt, een Zevenheuvelenloop, Tilburg Ten Miles, Singelloop van Breda of Utrecht, marathon Eindhoven, marathon in Amsterdam, misschien wel de New York marathon zoals ik, dan wil je daar gewoon goed getraind aan de start staan.

Dat betekent dat je het grootste gedeelte van de trainingen ‘gewoon’ moet doen zoals gepland.
Maar ja, je hebt natuurlijk wisselende omstandigheden zoals hoogteverschil, andere temperaturen. Er is gewoon een andere dynamiek op vakantie.

Daar zul je ook mee moeten dealen. Hoe ga je er nou mee om?

Stel je hebt een trainingsschema van een maand of vijf. Want de ideale voorbereiding voor een (halve) marathon duurt ongeveer vijf maanden.
Met vier trainingen per week betekent dit dat je tachtig trainingen hebt. Van die tachtig trainingen wil je het merendeel gewoon goed uitvoeren.
Hoe doe je dat nou?

Ik hanteer altijd de 80/20 regel.

80% van al je trainingen die moeten gewoon gaan zoals ze op schema staan. Die moeten goed verlopen en zijn kwalitatieve trainingen.
20% van de trainingen die mogen of niet goed gaan of die mag je aanpassen.

Er is dus ruimte om een keertje ziek te zijn, op vakantie te gaan of andere omstandigheden waardoor jij je trainingen niet lekker kunt uitvoeren.
Die momenten zullen er namelijk zijn. Je bent geen robot.

Je moet geen slaaf worden van je eigen schema.
Dat is eigenlijk het grootste ‘probleem’.

De grootste uitdaging voor jou als hardloper is herkennen welke signalen jouw lichaam geeft en erkennen dat je een training anders moet invullen. En dan snap je hoe training werkt.

De 80/20 regel dus. Onthouden.

Hoe werkt de 80/20 regel voor jou? Hoe pas jij hem toe?

Succes met trainen!

 

Lopen in een flow in de Egmond Halve Marathon.

“Jeroen, hoe ging het in Egmond?”, is de vraag die me de afgelopen dagen regelmatig is gesteld. Vandaar dat ik daar een verslag over schrijf.

 

Wat moet je ervan verwachten? Ik wist het niet. Een groot deel van het parcours gaat over het strand. Met hoog water heb je twee keuzes. Natte voeten en hard zand of droge voeten en mul zand. Vervolgens de duinen, voordat je verhard terug naar Egmond loopt.

 

En het is een halve marathon hè, 21 km schudt je niet even uit je mouw. Althans, ik niet. Zeker niet nadat ik begin januari last kreeg van mijn schenen. Een oude blessure die weer begint te zeuren.

 

Reden genoeg om het wedstrijdplan open te houden. Niet “ik zie wel”, maar “ik ga rustig starten en halverwege maak ik een keuze om te versnellen of het tempo vast te houden.” Ik voelde geen druk, wel wat onzekerheid. Maar is dat niet wat deze sport zo mooi maakt?

 

Raceday.

Zondagochtend had ik afgesproken bij Anja. Een van mijn lopers. Samen met haar man reden we naar de start. Vrienden van Anja wonen op 200m van de start en hadden hun huis beschikbaar gesteld. Lekker, want 2 graden en wind.

 

Zo laat mogelijk liepen we naar de start. Anja startte 17 minuten eerder. Die zou ik onderweg wel ergens tegenkomen. Ik liep warm en ging in het startvak staan. Al kletsend met wat bekenden klonk het startschot en waren we vertrokken.

 

egmond halve marathon startvak

 

Strand op…

De eerste kilometers liepen heerlijk. Licht heuvelaf en toen het strand op. Stukje mul zand en toen een brede strook hard zand waar je heerlijk kon lopen. Wat nou, mul zand?

 

Het tempo zat er lekker in. De eerste 5 kilometers vlogen voorbij. Gaaf gezicht om zo’n lang lint van lopers over het strand te zien gaan. Allemaal bezig met hun eigen race, met toch een gezamenlijk doel: finishen.

 

Maar dan…

Na 5 kilometer staat een drankpost en ineens is het harde strand verdwenen. Wat overblijft is mul zand. Ik zie iedereen ploeteren en zoeken naar de juiste weg. Er komt al snel een tweedeling. Linksaf over het mulle zand, rechtsaf naar de vloedlijn.

 

Ik ga eerst links, maar steek al snel over naar rechts. Daar is het helemaal zoeken naar hard zand. Je wilt je voeten droog houden. Dus blijft er een heel smal stukje strand over. De eerste golf komt eraan. En ja hoor, meteen natte voeten.

 

Dan maar rechts inhalen. Over het harde strand, met af en toe een verfrissende golf over de voeten. Dat loopt wel heerlijk en ik haal tientallen lopers in, terwijl mijn hartslag lekker laag blijft. Top!

 

Strand af….

In de verte buigt de stroom lopers af naar links. We gaan de duinen in. Deel 2 van de wedstrijd. Smalle paden, maar wel uit de wind. Inmiddels breekt ook het zonnetje door. Lekker!

 

Door de smalle paden moet ik mijn tempo aanpassen. Inhalen is niet overal mogelijk. Kwestie van aanpassen. Het parcours is schitterend. Op en af over semi-verharde schelpenpaden. Er zitten zelfs 2 ‘beklimmingen’ in het parcours. Daar moet ik wel om lachen, want het stelt weinig voor. Maar toch gaan daar de eerste mensen lopen.

 

Dan over de camping en we zijn halverwege. Ik voel me prima. Loop lekker, hartslag blijft stabiel en laag. Geen last van mijn schenen. Dus versnellen maar. Ik eet een gelletje en laat mijn hartslag oplopen naar 160.

 

Hier raak ik ergens in een flow.

Ik keek om me heen en genoot van de omgeving. Liep heerlijk en de kilometers vlogen voorbij. Bij kilometer 14 ging het tempo nog wat omhoog.

 

In die flow staat heb ik alles heel bewust meegemaakt. Ik genoot ervan om hier te lopen en om, na de onzekerheid van die schenen, gewoon vrijuit te lopen. Het lijkt wel meditatie.

 

En toen was het nog maar 2 kilometer. Egmond kwam in zicht. Het werd drukker langs de kant. Inmiddels voelde ik de kilometers wel in de benen. Maar goed, 19 down, 2 to go. Het werd weer een wedstrijd. Een tijd onder de 1u50 was haalbaar.

 

Laatste kilometer. Vals plat omhoog. Gewoon op techniek blijven lopen. Nog 4oo meter, hooguit 2 minuten. Linksaf bij de vuurtoren. Nog 100 meter. Genieten! Handjes in de lucht, grote grijns op mijn gezicht. Heerlijke wedstrijd.

 

Uiteindelijk loop ik in 1u48:52 over de streep en heb ik een fijne wedstrijd gelopen. Erg afwisselend parcours. Niet snel. Maar ik heb goed gepresteerd en heerlijk genoten.

 

En Anja… Die loopt gewoon 2u10. Een PR in Egmond. Zo kan het dus ook.

Egmond halve marathon finish Egmond halve marathon finish 2 Egmond halve marathon anja en medaille

Hoe voorkom je wedstrijdspanning?

“Ik heb geen idee meer wat ik aan het doen ben #NYmarathon” schreef Laura Brijde van RunningLau in haar blog. Dus belde ik haar op en spraken we erover.

Laura traint voor de New York marathon die komende zondag wordt gelopen. Mijn hele tijdlijn staat vol met Nederlanders die een dezer dagen naar The Big Apple vliegen. Stuk voor stuk zijn ze zenuwachtig.

Laura dus ook. Ze traint met Sportrusten schema’s, waar ik als coach ook mee werk. De ene training gaat als een tierelier, terwijl de andere training voor geen meter gaat. Er zit geen constante lijn in tempo en hartslag. Daarnaast stak een oude blessure, shin splints, weer de kop op. Overall gevoel: paniek.

Niet goed.

Het schijnt erbij te horen. Maanden van tevoren schrijf je je in voor een wedstrijd (Rotterdam marathon, iemand?). Het gedroomde doel is dan nog ver weg. Tijd genoeg dus.

Je zoekt een ideaal trainingsschema, doet misschien een inspanningstest. Je voelt je er goed bij. Maar stilletjes komt de wedstrijd dichterbij.  En je zult altijd zien dat een blessure of griep de voorbereiding verstoort.

Wat doe je dan?

Paniek! Want de wedstrijd staat voor de deur. Startbewijs, vervoer, supporters zijn allemaal geregeld. In het geval van New York heb je veel geld betaald voor een reis. Een blessure kun je er niet bij hebben.

“Winnaars hebben een plan, verliezers een excuus.”

Een uitspraak die Marc Lammers  veel gebruikt. Als toptrainer in hockey weet hij er alles van.

Het plan van de meeste hardlopers bestaat uit een trainingsschema op de koelkast. In 97% van de gevallen sluit dit schema niet aan bij de agenda, wensen en behoeften van een hardloper.

Zo lopen de meeste recreatieve marathonlopers teveel kilometers, waardoor de vermoeidheid zich opstapelt. Met een blessure tot gevolg. Als hardloper is het risico op een blessure 3x zo groot als bij andere sporten. Hebben wij even pech.

Samen met Laura heb ik haar plannen bijgesteld. We hebben de strategie besproken waarmee ze de wedstrijd gaat lopen. De eerste 10k op tempo, daarna overschakelen op marathonhartslag. Zonder de man met de hamer tegen te komen. Het zal niet makkelijk worden, maar ze heeft er weer vertrouwen in.

Binnenkort komt Laura bij mij in de Runspiration podcast om over haar ervaringen te vertellen. Ik ben heel benieuwd hoe ze het zondag gaat doen.

Groeten, Jeroen

P.S. Benieuwd welke mogelijkheden er zijn voor coaching? Check mijn website voor groepsprogramma’s en 1-op-1 trajecten.

 

5 tips voor het vergroten van je afstand

Als hardloper wil je grotere afstanden kunnen afleggen. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Hoe bouw je duurvermogen op zonder geblesseerd of overbelast te raken?

Het is niet eenvoudig om de stap te zetten van 5 naar 10 kilometer, of van 10 naar 21, of van 21 naar 42. Dat is steeds een verdubbeling van de afstand. Een grote fysieke en mentale uitdaging. Maar jij bent toch niet bang voor een beetje uitdaging?

Er zijn verschillende methodes om je duurvermogen te vergroten. Ik bespreek er hieronder vijf.

 

1.      Verlaag je tempo.

Bij het hardlopen verbrand je vetten en suikers. Je hebt een beperkte hoeveelheid energiesnelle suikers in je lichaam. Is deze voorraad op, dan kom je de man met de hamer tegen. Je schakelt dan over op vetverbranding. Die is een stuk langzamer dan suikerverbranding. Je tempo zakt dus enorm.

Daarnaast krijg je het mentaal ook enorm zwaar. Je voelt je sloom en gaat twijfelen aan jezelf. Niet tof!

De oplossing is simpel. Verlaag je tempo tot het niveau waarop je nog makkelijk een gesprek kunt voeren. Loop je met een hartslagmeter, loop dan in zone D1. Zo ben je zuinig op je suikervoorraad en haal je die afstand met gemak. Je kunt aan het einde altijd nog versnellen als je wat over hebt.

 

2.      Train maar 1x per week op je lange afstand.

Het is verstandig om je lange afstand loop te beperken tot één keer per week. Plan deze op een dag dat je ruim de tijd hebt, zodat je in een rustig tempo kunt lopen. Het weekend is er prima geschikt voor. Je overige trainingen, zoals ik hier heb beschreven, plan je gewoon om deze loop heen.

 

3.      Hak de afstand in stukken op.

Mentaal kun je enorm opzien tegen een lange afstand. Voor mijn eerste marathon heb ik maximaal 14 km getraind. Maar de marathon is nog steeds 3x zo ver als mijn langste training. Wie garandeert mij dat ik die afstand haal? Niemand.

Ik heb de marathon opgedeeld in 3 stukken van 14 kilometer. Na 14 kilometer startte ik weer op kilometer 0. Ik wist hoe ik die 14 kilometer moest lopen en was ervan overtuigd dat ik die kon uitlopen. Bij kilometer 28 herhaalde ik dit kunstje opnieuw. Dat hield mij mentaal fris.

Het is dus een prima idee om 21 kilometer op te delen in drie stukken van 7 kilometer.

 

4.      Neem tijdig gas terug.

De boog kan niet altijd gespannen zijn. Na een aantal weken hard trainen is het verstandig om een rustige trainingsweek in te plannen. Breng je afstanden met 30% naar beneden. Je prikkelt je lichaam daarmee genoeg om prestaties licht te verbeteren én je geeft ruimte aan een stukje extra herstel.

In de trainingsleer noemen we dit periodisering. De meeste toppers plannen iedere vier weken een rustweek.

 

5.      Schrijf je in voor een wedstrijd.

In een wedstrijd kun je net een beetje meer dan in training. Schrijf je dus samen met een loopmaatje in voor een wedstrijd. Maak een mooi trainingsschema en vertrouw op de goede afloop.

Ik heb wedstrijdvoorbereidingen gehad waarin alles in de soep liep. Door vertrouwen te houden stond ik er altijd als het nodig was. Weliswaar met een aangepaste doelstelling, maar ik heb de wedstrijden wel uitgelopen.

Hulp nodig bij het maken van een trainingsschema? Dat kan tijdens de workshop Bouw je Eigen Persoonlijke Trainingsschema.

Singelloop Breda, kan het nog sneller?

Een hardloopwedstrijd in je eigen stad. Het blijft iets magisch. Aangemoedigd worden door bekenden. De route die je herkent. Veel bekenden die meelopen. En natuurlijk mijn eigen klanten aan de start met alle emoties die daarbij horen. Zenuwachtig voor het startschot, vermoeidheid onderweg en blijdschap bij de finish. Dat is wat training geven zo leuk maakt!

Mijn eigen race ging verrassend goed. De dagen voorafgaand aan de Singelloop was ik een paar nachten weg met weinig slaap en veel activiteit. Zondagochtend was de kop koffie echt nodig om mij wakker te krijgen. Ideaal is anders.

Om 11:00u ben ik naar de verzamellocatie van CIOS Goes Breda gegaan, waar ik docent ben. Met ongeveer 50 studenten, ouders en collega’s liepen we de 10 km. Een bonte mix van ervaren lopers en first-timers. De laatste tips werden uitgewisseld, de startnummers opgespeld en toen vertrokken we naar de start.

Ik had vooraf twee doelen gesteld. Ik wilde onder de 43:30 finishen (4:20 per km) en ik wilde een vlakke race lopen met misschien zelfs een negatieve split. Dat is een snellere tweede helft dan eerste helft van de race.

Daar aangekomen bleek het startvak bomvol te zitten. We moesten dus buiten het startvak wachten en pas na het startschot konden we het vak in. Dus met ruim 2 minuten vertraging liepen we over de start. Wat mij betreft een verbeterpuntje voor de organisatie: een apart startvak voor de bedrijvenloop of een extra startvak voor lopers tussen de 45 en 50 minuten.

Met enkele duizenden lopers start je op brede wegen, maar is er eigenlijk nauwelijks plek om in te halen. En ik had er zin in. Dus is het vervelend als ‘langzame’ lopers links van de weg lopen. Ik gun iedereen zijn eigen race en asfalt, maar laat links ruimte over om in te halen. Dat is lopersetiquette die nog niet iedereen kent.

Zoals gezegd had ik er zin in om gas te geven. Het voornemen om wat behouden te starten ging de eerste kilometers al de prullenbak in. Ik zat tegen mijn omslagpunt aan en liep onder de 4 minuten per km. Na 2 km heb ik even aan de noodrem getrokken. Met dit tempo zou ik mezelf over de kop lopen. Het was tijd om het strijdplan op te pikken. Tot 5 km een tempo van 4:30 per km, daarna versnellen tot 4:10 – 4:20 per km.

Na 4 km kwam ik lekker in het ritme. Ik genoot van het parcours en de bandjes langs de weg. De Singelloop staat bekend als muzikaalste loop en dat was goed te horen! Er was genoeg ruimte om mijn eigen tempo te lopen zonder anderen te hinderen. Mijn naam werd een paar keer geroepen en zwaaide naar wat bekenden. En zo ging het hard richting het 5 km punt. Net hiervoor moesten we een fietspad op en werd het weer dringen, irritant!

Na 5 km ging het gas erop. Daar moesten de beentjes even aan wennen. Een trekkerig gevoel in de hamstrings en kleine steken in mijn maag waren het gevolg. Met een beetje spelen in looptechniek trok dat een km later weer weg. Het hielp ook dat er een DJ stond die goede muziek draaide. Precies in mijn looptempo gaf me dat wel kippenvel.

Op het 7 km punt kwamen we langs onze verzamellocatie. De handjes gingen omhoog voor de foto. Het ging ook echt goed. Als het ontspannen voelt en oogt dan gaat het hard. Het laatste deel van het parcours diende zich aan en het begon inmiddels te regenen. Dat vond ik best lekker, maar het haalde me wel uit mijn concentratie.

actie

In het laatste stuk heb ik me dus een shop onder mijn kont gegeven. Focussen nu, want er kwamen scherpe bochten en gladde kinderkopjes aan. Een blik op mijn horloge leerde me dat ik ruim onder mijn streeftijd zat, kicken!

Nog een laatste scherpe draai rechtsaf en dan in volle galop naar de grote markt. Wat een mensenmassa! Net voor de finish kreeg ik de laatste aanmoedigingen van mijn vriendin en toen zat het er alweer op.

Met 42:26 heb ik ruim 4,5 minuut van mijn PR afgehaald. Dat is heel veel, terwijl ik in training ben voor een marathon. De tweede helft van de race ging ook sneller dan de eerste helft. Dus beide doelen zijn ruimschoots behaald. Ik heb lekker gelopen en was minder kapot dan vorig jaar. Ook nu ik dit stuk schrijf, daags na de wedstrijd, heb ik nergens last van. En dat geeft vertrouwen!

sterke-verhalen-vertellen

Hardlopen met hoofdlamp? DOEN!

,
Na vrijdagochtend de 5 km kerstloop van CIOS Goes-Breda te hebben gelopen in een PR van 19:10, was het een dag later tijd voor de Longest Night Trail.
10 km trailrunnen in het donker, dus hardlopen over wandelpaden met een hoofdlamp op. En dat is GAAF!
 
Voor het tweede jaar op rij organiseerde Schneider Outdoor uit Den Bosch de Longest Night Trail in Vught. Met een trailrun in Vught wordt de langste nacht van het jaar op sportieve wijze gevierd. Het decor van deze editie was de IJzeren Man in Vught. Als lopers hadden we keuze uit trails van 15, 10 of 5 kilometer.

 

Ik koos voor de 10 km. De inschrijving verliep wat traag. De na-inschrijvingen en voorinschrijvingen werden op 1 plek afgehandeld, terwijl er ruimte genoeg was om die uit elkaar te trekken. Dat stimuleert de doorstroom enorm. Gelukkig was er volop entertainment bij de IJzeren Man en is de sfeer onder trailrunners altijd gemoedelijk.
 

 

Om 19:00u klonk het startschot. Of ja, startschot, er werd een enorme vuurbal gelanceerd door een vuurspuwer. Gaaf begin. De eerste 800 meter gingen over het strand van de IJzeren Man. Een goede zet om het deelnemersveld op een lijn te trekken. Vorig jaar ontstonden er direct opstoppingen in het bos. Dit jaar kon iedereen zijn plekje al opzoeken in de 800 loodzware startmeters. Ik hoorde links en rechts al behoorlijk wat lopers met krachttermen smijten. Ja, lopen in los zand is een aparte ervaring.

 

Daarna mochten wij rechtsaf richting de Lunetten. Verdedigingswerken uit WOII rondom Den Bosch. Dat betekent smalle paden en veel kleine steile klimmetjes. En die voel je in de kuiten. Het was mijn doel om rustig te starten en al naar gelang het verloop te gaan versnellen. Na de 5 km een dag eerder wilde ik niet te vroeg opgebrand zijn.

 

Dat lukte dus van geen kanten. We liepen verkeerd met een groepje. De voorste loper had een pijl gemist en wij liepen er domweg achteraan. Na 200 meter moesten we weer omkeren en sloten we achteraan het deelnemersveld. Voor de tweede keer begon een inhaalrace.
Ondertussen waren we 5 km onderweg. Ik liep in een groepje dat een lekker tempo aanhield. Dat is wel het mooie aan trailrunnen. Je loopt in groepjes over het parcours. De sfeer is gemoedelijk. Bij de night trail komt daarbij dat je elkaar waarschuwt voor paaltjes, stronkjes en plassen. De voorste loper wordt door de rest bijgeschenen. Zo probeer je het tempo te handhaven, je hebt een gezamenlijk belang.

 

 

 

Na 7 km werden we langs het spoor gestuurd over een verschrikkelijk ongelijk pad vol boomstronkjes en blootliggende boomwortels. En die laatste zie je niet altijd. Dus moet je lopen op gevoel. De passen worden wat kleiner en je probeert je voeten gecontroleerd neer te zetten. Dat kost kracht. Ik verstapte me, gleed weg over een boomwortel en voelde mijn hamstrings en kuiten branden.

 

Een kilometer verderop kwamen we op bekend terrein. We liepen rond de IJzeren Man en konden de finish aan de overkant van het water zien liggen. Ik had geen horloge om, dus had geen idee hoeveel kilometer we gelopen hadden. Voor mijn gevoel moesten we nog ongeveer 5 km. Er zat dus nog wat reserve in de tank.

 

Het parcours ging verder langs het water en we draaiden rechtsaf richting het strand.
Het zal toch niet het eind van de wedstrijd zijn?
Maar dat was het wel. Met nog 800 meter te gaan was het tijd om de gaskraan open te zetten. Ik passeerde lopers die ik eerder moest laten gaan. Het voelde alsof ik niet over los zand, maar over asfalt liep, ik vloog. En met een grote grijns liep ik over de finish waar mijn supporters klaar stonden.

Longest-Night-Trail-2015-249

Resultaat: een 11e plek met 59:24! Een evenement met veel potentie! Ik ben er volgend jaar weer bij. Jij toch ook?

P.S. Wil jij starten met hardlopen of je PR’s aanscherpen? Hou dan de Facebook pagina van Activations in de gaten voor online coaching en Sportrusten.

Hoe voorkom je dat sportieve ambities mislukken?

“HAD IK MAAR EEN COACH GEHAD.”

Vroeger heb ik 12 jaar aan judo, 5 jaar aan turnen en 5 jaar aan handbal gedaan. Toen ging ik naar het CIOS en heb ik deze sporten laten vallen. Tijdens mijn studie op het CIOS en de sporthogeschool sportte ik dagelijks, dus bleef ik fit.

Direct na mijn studie ben ik als docent op het CIOS gaan werken en begon het te kriebelen.

Ik wilde weer een sportieve uitdaging aangaan.

Trainen voor wedstrijden.

Naar een doel toe werken.

Knetter fit worden.

Mountainbike marathons rijden, dat leek me fantastisch. Wedstrijden van minimaal 100 km in spectaculair landschap. Dat ging hem worden!

Ik maakte het mooiste trainingsschema ooit. De kennis had ik vergaard tijdens mijn studie. Ik ging dit wel even doen.

Om een lang verhaal kort te maken, het werd niet zo’n succes.
De trainingen waren te lang of te intensief.
Ik had geen verstand van voeding, de tank was halverwege de wedstrijd leeg.
Ik plande te weinig rust in, dacht dat ik minstens 10 uur per week moest trainen.
Mijn motivatie kelderde, iedere week was de tank compleet leeg.
Ik ging gedurende het seizoen slechter presteren in plaats van beter.

Na drie jaar tobben hakte ik de knoop door. Tijdens een wedstrijd in de Belgische Ardennen reed ik de eerste 30 km fluitend rond. Ik was rustig aan begonnen, reed mee in groepjes, kom lekker mee komen.
Maar toen stond ie daar, de man met de hamer. Vanaf kilometer 31 stond ik volledig geparkeerd. Nog 64 km te gaan. Het tempo zakte, de benen liepen vol, chaos en twijfel in mijn hoofd. Deze laatste marathon heb ik op karakter uitgereden.
Sindsdien heb ik nooit meer een marathon gereden.

Dat is nu vier jaar geleden. En eeuwig zonde.

Terugkijkend op die periode had ik één ding anders moeten doen.

Ik had een COACH moeten hebben.
Iemand die mij begeleidde in het maken van mijn trainingsschema.
Iemand die mij vertelde hoe ik de trainingen het beste kon combineren met werk en privé.
Iemand die mij eerlijk vertelde dat een marathon te ver zou zijn.
Iemand die mij een voedingsschema zou toesturen.
Iemand die mij zou ondersteunen in mijn mentale zoektocht.
Iemand die mij zou leren hoe je een wedstrijd indeelt.
Kortom, een coach zou mij leren hoe ik het mountainbiken tot een SUCCESBELEVING zou maken.

Met dit verhaal wil ik je laten weten dat je niet dezelfde fout hoeft te maken als ik. De afgelopen vier jaar heb ik enorm veel geleerd op het gebied van training en coaching.

Ik sport nu met meer PLEZIER en ik ben FITTER dan ooit.

Deze inzichten ga ik met je delen!

mountainbike transalp online coaching

Ik heb een netwerk van coaches om me heen verzameld om jou online te coachen naar een TOP prestatie. Deze coaches zijn stuk voor stuk specialisten in hun vakgebied. Resultaten kunnen niet uitblijven!

Wil je succesvol AFVALLEN?

Wil je een toptijd neerzetten tijdens het HARDLOPEN?

Wil je  komende zomer de Alpen te lijf met WIELRENNEN of MOUNTAINBIKEN?

Wil je meedoen om de prijzen binnen CROSSFIT?

Wil je de FITSTE VERSIE VAN JEZELF worden?

Neem dan contact op!

 

De komende weken volgen meer updates en stellen de coaches zich voor.